"Naar ons en onze tragedie,
verzoeken wij uw clementie
om te luisteren met attentie."
Met deze woorden begon de nieuwe voorstelling van het Utrechtse theatercollectief ’t Barre Land. In een regie van Jan Ritsema werd integraal een nieuwe metrische vertaling van Hamlet opgevoerd, geschreven door Erik Bindervoet en Robbert-Jan Henkes. Het initiatief voor deze Hamlet kwam van Jan, die al langere tijd deze tragedie wilde ensceneren. Wie Hamlet nu zou spelen, mocht volgens hem echter geen genoegen nemen met eerdere interpretaties van het stuk. De beroemde tragedie werd daarom opnieuw gelezen, bevraagd en uitbundig geanalyseerd: "We moeten dringend loskomen van die sentimentele, psychologiserende interpretatie van de treurige, weifelende prins," aldus Ritsema. Vanuit nauwkeurig leeswerk werd gekeken naar Shakespeares scherpe denkwerk, naar de gedachtegang van de personages en de intelligentie die in alle rollen zit. Hamle’t werd gelezen – en gespeeld – als een essay over waarheid en waarnemen, over schijn en zijn. De clementie die vooraf werd gevraagd was dan ook een uitnodiging om samen Shakespeares betoog te ontleden. Zo vertelde Jan: "ook de toeschouwers moeten erg hun best doen." (Trouw, Arend Evenhuis 20 januari 2001). In het programmaboekje schreef het gezelschap het volgende:
"Wat ons in Hamlet aantrekt, is niet de psychologie van de personages, noch de morele voorschriften die uit het stuk spreken. Voor ons primeert het snelle, beweeglijke denken dat Shakespeare zijn personages in de mond legt. We willen als het ware in het hoofd van Shakespeare doordringen en een poging wagen de structuur van zijn meesterwerk te ontvouwen.
De interpretatie die tijdens de repetities tevoorschijn is gekomen, concentreert zich op Shakespeares spel met schijn en werkelijkheid.
Het principe van een traditionele rolverdeling wordt aan de kant gezet. Niet de rollen maar de teksten zijn verdeeld. Dit vanuit het vermoeden dat door de tekst te ‘bevrijden’ van zijn personages er meer valt te genieten van de verbale schermutselingen en de briljante argumentatie."
> Programmaboekje: PDF (9.6 Mio)
Hamle’t werd gespeeld door zeven acteurs, waarbij iedere rol door minstens drie van hen werd geleerd. Wie per scène welke tekst op zich nam verschilde per avond en werd door de acteurs op het moment zelf bepaald. Op deze manier bleef de voorstelling zo fris en zo levendig mogelijk, aldus Jan en het gezelschap. Om de snelheid van Shakespeares denken vorm te geven werd er op een hoog tempo en ritmisch gesproken. Zinnen werden onderling overgenomen, afgemaakt of gezamenlijk gezegd. De focus lag niet op de individuele personages, maar op de woorden zelf. Dramaturge Marianne van Kerkhoven stelde dan ook dat gepoogd werd de taal op zo’n manier te laten klinken, dat "de tekst als een imaginair object boven de hoofden van de acteurs komt drijven."
Voor meer informatie over deze invalshoek van Hamle’t – een essay over waarheid-zoeken, waarnemen, schijn en niet-schijn, zie:
Toneelbeeld
Het decor van Hamle’t was het werk van Herman Sorgeloos. In een verder leeg toneelbeeld lagen circa twintig losse delen parketvloer, waarmee verschillende platforms waren vormgegeven. Deze platforms vormden een wankele en deels gekantelde speelvloer, waarop de spelers van het ene naar het andere platform sprongen. Het licht, aldus Ritsema, was: "als het weer in Nederland: onvoorspelbaar." Zo probeerde het gezelschap valse betekenissen te voorkomen. (Algemeen Dagblad, Wijbrand Schaap, 19 januari 2001).
De spelers droegen opvallende kostuums. Voor de mannen verschillende lagen lange zwarte jassen en voor de vrouwen zwarte schotten. Onder de jassen en de schotten droegen de spelers verschillende lagen kleurige mantels. De ontwerpster van de kostuums, Elizabeth Jenyon (bekend van The Wooster Group), liet zich enerzijds inspireren door ’excentrieke traditionele klederdrachten uit enkele Duitse regio’s van de vorige eeuw’ gedragen als zondagskleding voor de kerkdienst, en anderzijds door de patronen van scans van hersendoorsneden. (Trouw, Hans Oranje, 25 januari 2001).
Toneelspelen heruitvinden
Jan Ritsema benaderde ’t Barre Land vanuit het verlangen om een keer met een hecht ensemble samen te werken. Zo vertelde Jan:
"Ik heb ‘t Barre Land aangezocht omdat ik toch elke keer opnieuw het toneelspelen probeer uit te vinden. Het is gemakkelijker werken met mensen die eenzelfde scholing, achtergrond of ervaring hebben en die al behoorlijk op elkaar zijn ingespeeld. Ik vraag van acteurs dat ze zelfstandig meedenken over een voorstelling en er hun verantwoordelijkheid in dragen. Dat ze mee de keuzes bepalen en daar argumenten voor aandragen." (De Standaard, Koen van Kerrebroeck 17/01/2001)
Jan werd door het collectief ook wel beschreven als het kompas, als degene die de richting gaf in het proces. Deze richting gaf hij voornamelijk op het gebied van spel. Zo was het binnen de regie van Ritsema erg belangrijk om te zeggen wat er staat. Alle aspecten en tegenstellingen van het personage Hamlet lagen volgens hem namelijk in de woorden zelf: "Een acteur speelt niet in eerste instantie een rol, zijn interpretatie van het karakter Hamlet: hij speelt zichzelf, en leent daarbij de woorden van Hamlet." (De Morgen, Peter Anthonissen, 17 januari 2001). Over deze manier van spelen schreef Jan het volgende: PDF (882.7 kio)
Nóg een Hamlet
Omdat de reeds bestaande Hamlet vertalingen veel slordigheden, ouderwetsheid en interpretaties bevatten, aldus Ritsema, vroeg hij de vertalers Erik Bindervoet en Robbert-Jank-Henkes een nieuwe versie te schrijven. Een belangrijke vereiste was om dicht bij het origineel te blijven en veel aandacht te besteden aan Shakespeares rijke taal. Deze nieuwe metrische vertaling werd uitgegeven bij uitgeverij De Harmonie en wer voorzien van striptekeningen van Aart Clerckz https://www.deharmonie.nl/titel/hamlet/
Gelijktijdig aan deze voorstelling speelde ook een enscenering van Hamlet door Het Toneelhuis in Antwerpen. Deze versie, genaamd Amlett, was geschreven door Jan Decorte. Cultureel Centrum Maasmechelen programmeerde de beide stukken gelijktijdig en nodigde Peter Anthonissen, theaterrecensent van De Morgen en redactielid van Etcetera, uit om met beide regisseurs in gesprek te gaan.
Voor meer informatie, zie het informatieblad van Cultureel Centrum Maasmechelen: PDF (7.2 Mio)
Naar aanleiding van deze Hamletweek schreef Anthonissen het volgende essay over Hamle’t: PDF (17.6 Mio)