"Een man en een vrouw hebben elkaar tien jaar geleden ontmoet. Nu beseft hij zich dat weer, zij is die ontmoeting nooit vergeten. Zoals ook alleen zij nog weet dat hij haar toen zijn geheim heeft toevertrouwd. Zij weet nog hoe hij het omschreef, dat gevoel voorbestemd te zijn voor iets vreemds en buitengewoons, iets dat hem misschien verpletteren zou."
(Programmaboekje van Het in reprise in ’T Hoogt Utrecht: PDF (1.2 Mio))
Het is een toneelbewerking geïnspireerd op het boek ’The Beast in the Jungle’ van Henry James. In een vertaling en bewerking van Ger Thijs, regisseerde Jan Ritsema de acteurs Marjon Bransma en Ger Thijs in een productie van Maatschappij Discordia. Het decor was het werk van Jan Joris Lamers, en bestond uit blauwe panelen en één Engelse leren stoel.
Tekstfragment
M. [...] Is het ooit gebeurd?
G. U bedoelt dat ik u verteld heb - ?
M. Het was iets over uzelf, iets dat je vrij vanzelfsprekend bij blijft. Daarom vraag ik u of hetgeen waar u toen over sprak ooit heeft plaatsgevonden.
G. Ik denk dat ik weet wat u bedoelt. Maar het is me vreemd genoeg ontsnapt dat ik u zo in vertrouwen heb genomen.
M. Omdat u dat met zoveel mensen hebt gedaan?
G. Niemand. Geen mens sindsdien.
M. Dus ik ben de enige die het weet?
G. De enige mens ter wereld.
M. Wel, ik heb er nooit met iemand over gepraat. En dat zal ik ook nooit doen.
G. Nee, laat u dat alstublieft achterwege. Het is goed zo.
M. Oh zeker, als u zich er goed bij voelt. Dus uw gevoel is sindsdien niet veranderd?
G. Wat heb ik u precies verteld?
M. Over het gevoel dat u had? Ach, dat was heel simpel: u zei dat u vanaf uw vroegste jeugd in uw allerdiepste innerlijk het gevoel had bestemd te zijn voor iets vreemds en buitengewoons, iets wonderbaarlijks en vreselijks misschien, dat u vroeger of later moest overkomen, iets dat u met onwrikbare zekerheid voorvoelde, en dat u misschien verpletteren zou.
> Uit de toneelbewerking van Het, p.103-104.
Repetitieproces
De tekst voor de voorstelling was tijdens de repetities tot stand gekomen. Zo spraken Marjon, Ger en Jan over het boek en reconstrueerden ze het verhaal terwijl ze tegelijkertijd met elkaar in discussie gingen en reflecteerden op de personages: "Zij laten niet alleen het drama zien van de niet herkende liefde, van het blind staren op ,,het grootste’’, maar ook wat zij daar als acteur en als persoon mee te maken hebben." (De Volkskrant, Hanny Alkema, 21 mei 1984). Zo waren naast de personages ook Marjon Brandsma en Ger Thijs zelf een sturende kracht binnen de vertelling van het verhaal. Daarnaast balanceerden de acteurs voortdurend op de grens van spelen en zichzelf zijn; de grens van personage en werkelijkheid. Dit resulteerde volgens de persberichten in een bijzondere gelaagdheid. Ook zorgde het ervoor dat het voor de toeschouwers leek alsof de voorstelling op het moment zelf ontstond. Alsof zij live getuigen waren van de totstandkoming van Het. Deze vorm, waarbij het naturalisme volledig aan de kant werd geschoven, werd destijds als vrij vernieuwend ervaren. Aldus Het Parool: "Zo is ’HET’ van Maatschappij Discordia vooral boeiend, omdat het weer een nieuwe manier is om te ontkomen aan het lijnrecht vertellen van een toneelverhaal." (Het Parool, H.v.d. Bergh 24 augustus 1984).
In een interview uit Het Parool vertelde Ger Thijs over Het, over het improviserende karakter van het repetitieproces en over het werken met Jan. Zo vertelde hij: "Wat Jan heel goed, heel slim kan, is, dat ie tijdens de repetities alles gewoon laat gebeuren. Als regisseur - en ik denk dat dat een van de allermoeilijkste dingen is - heeft hij consequent een toeschouwersstandpunt. Hij zit rustig naar je te kijken. Als hij het niet goed vindt, begint hij een beetje te rommelen. Als ie het goed vindt, blijft ie kijken. Dus het was vrij duidelijk wat klopte en wat niet."
(Het Parool, Marjo van der Meulen 22 augustus 1984, "Ger Thijs en zijn ’geluksmomenten’ https://resolver.kb.nl/resolve?urn=...)